Wmo 2015: Zit ‘de kanteling’ wel tussen uw oren?
Keukentafelgesprekken spelen straks een cruciale rol in de nieuwe, verder ‘gekantelde’ Wmo. In deze gesprekken staan de regie over het eigen leven en de zelfredzaamheid van de cliënt voorop.
Zoals u wel weet worden de gemeenten vanaf 2015 verantwoordelijk voor een groot deel van de AWBZ, de jeugdzorg en de nieuwe Participatiewet. De hele extramurale AWBZ valt straks onder de Wmo, wat gemeenten verantwoordelijk maakt voor ondersteuning, begeleiding en de extramurale dagbesteding. Het recht op huishoudelijke verzorging geldt alleen nog voor mensen die het ‘echt nodig hebben’. En dat wordt straks allemaal aan de keukentafel vastgesteld.
Uit de ‘Evaluatie Wet maatschappelijke ondersteuning 2010-2012’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau (april 2014) blijkt dat er bij gemeenten zowel draagvlak als weerstand bestond tegen ‘de kanteling’. Veel ambtenaren zijn positief over het huisbezoek en het inventarisatiegesprek. Maar over het grotere beroep op de eigen kracht en het netwerk van de cliënt heeft menigeen zo zijn twijfels. Ze vragen zich af zo’n groter beroep wel reëel is en of de eigen organisatie er wel aan toe is om volgens de nieuwe werkwijze te gaan werken. De kanteling is dus nog niet voltooid, concludeert het SCP. ‘Het sluitstuk, geen individuele voorzieningen toekennen, maar de aanvrager wijzen op eigen mogelijkheden of verwijzen naar algemene voorzieningen, volgt meestal niet.’
Uit klanttevredenheidsonderzoek van de Brabantse gemeenten Cuijk, Grave en Mill en Sint Hubert blijkt nu dat driekwart van de cliënten geen idee heeft wat ‘de kanteling’ is. Intussen vinden de meeste Nederlanders wél dat het eigen netwerk eerst moet worden ingeschakeld. Van 2010 tot 2012 daalde dan ook het aantal aanvragen voor huishoudelijke hulp en hulpmiddelen en groeide het beroep op informele zorg in het eigen netwerk, constateert het SCP. Alleen nam het totale gebruik van Wmo-voorzieningen in deze periode helemaal niet af: acht op de tien aanvragen werden gewoon ingewilligd. Wijst dat erop dat ‘de kanteling’ bij veel Wmo-ambtenaren nog niet tussen de oren zit?