‘Huisartsen zeggen: samenwerking met het sociaal domein is cruciaal’
Mediis, de regionale huisartsenorganisatie in de regio Midden-Holland, start dit jaar met hechte wijkverbanden die eerstelijnspartners in gemeenten gaan samenbrengen. Tegelijk bereidt het de opzet van een regionaal samenwerkingsverband (RESV) voor. De samenwerking op wijkniveau sluit aan op de transformatieplannen van ‘Gedeelde Zorg’, de samenwerkingsorganisatie van alle zorgaanbieders in de regio. Een gesprek met Tjarda Scheltens, medisch directeur bij Mediis, Tessa van Leeuwaarden, beleidsmedewerker bij Mediis, en Anoeska Mosterdijk, directeur van InEen. Hoe werken InEen en Mediis aan eerstelijnssamenwerking in de wijk en de regio?
Begin 2024 is de Visie eerstelijnszorg 2030 opgeleverd als landelijke visie over de eerste lijn, opent Anoeska Mosterdijk het gesprek. “Recent is daaraan een verdiepende notitie toegevoegd over Regionale Eerstelijns Samenwerkingsverbanden (RESV). Wat zijn daarvoor de criteria en welke activiteiten betreft het? Hoe kun je de contractering regelen? Hoe kunnen we die RESV’s invoeren? Daarnaast is de Realisatieagenda opgesteld, met landelijke afspraken die de implementatie van de visie in wijk en regio moeten ondersteunen. Denk aan de handreiking voor contractering, eenduidige definities en kaders voor taakherschikking en het multidisciplinair overleg in de wijk.”
Visie en IZA versterken elkaar
De vertaling van de Visie eerstelijnszorg 2030 naar de regio van Mediis krijgt de komende jaren zijn beslag, schetst Tjarda Scheltens. “Regionaal werken zorgaanbieders als huisartsen, VVT-instellingen, het ziekenhuis, wijkverpleging, apothekers en GGZ al samen onder de noemer ‘Gedeelde Zorg’. Samen werken wij nu aan een IZA-transformatieplan, waarvoor we IZA-middelen aanvragen. Veel plannen vragen om implementatie in de wijk. In onze regio ontbreekt nog een structuur om deze plannen in de wijk te laten landen, en daar gaan we nu vorm aan geven. Daarmee versterken de ontwikkelingen rond de Visie en het IZA elkaar.”
Vanuit het ZonMw-programma Versterking organisatie eerstelijnszorg kunnen we nu in de regio hechte wijkverbanden ontwikkelen, vervolgt Tessa van Leeuwarden. “Hoe we de wijksamenwerking duurzaam kunnen organiseren en financieren, is nog een puzzel. De IZA-plannen kunnen we niet realiseren zonder samenwerkingsstructuur in de wijken. Maar hoe regel je daarvan de financiering van? Is de zorgverzekeraar bereid daar structureel in te investeren?”
Vorming RESV is een uitdaging
De samenwerking binnen de eerstelijnszorg op regionaal niveau, in de vorm van een RESV, is ook een uitdaging. Daarbij speelt de beperkte organisatiegraad van veel eerstelijns professionals. “In de regio Leiden-Boskoop, met Zorg en Zekerheid als preferente zorgverzekeraar, functioneren al hechte wijkverbanden en is de financiering duidelijk”, schetst Mosterdijk. “De regio-organisatie ondersteunt daar van oudsher de samenwerking in de wijk. Ze hebben een multidisciplinaire eerstelijnsorganisatie, waarbij huisartsen, apothekers en verschillende paramedische beroepen zijn aangesloten. Dat werkt dus anders dan in het werkgebied van Mediis, waar zorgverzekeraar VGZ vooral op een sterke regionale huisartsenorganisatie heeft ingezet. Ook is het nog zoeken hoe het RESV zich verhoudt tot bestaande samenwerkingsstructuren als Gedeelde Zorg.”
‘Als je medicalisering wilt verminderen en patiënten in het sociaal domein wilt laten ondersteunen, heb je de gemeenten gewoon nodig’
Paramedici reageren aarzelend
Dankzij de ZonMw-subsidie kan de versterking van de eerste lijn de komende jaren gestalte krijgen. Het wijksamenwerkingsverband bestaat straks uit huisartsenzorg, thuiszorg en wijkverpleging, farmacie en paramedici, in samenwerking met het sociaal domein. Niet alle disciplines bleken al een beeld te hebben zo’n eerstelijnssamenwerking. Paramedici gaven bijvoorbeeld aan dat ze nog niet overtuigd waren van de noodzaak van een hecht wijkverband.
Van Leeuwaarden: “Professionals in de wijkverpleging en sociaal domein reageerden juist enthousiast. Toen we de ideeën uitwerkten, bleek dat ook de paramedici graag meedoen. Nu merken ze vaak nog dat als ze willen samenwerken dat niet gefinancierd wordt, terwijl anderen dat in hun werktijd kunnen doen. Dat moet gelijkwaardiger worden. Door de paramedici een ‘stoel’ te geven in het hechte wijkverband, willen we stimuleren dat zij zich ook monodisciplinair meer organiseren.”
Gemeenten willen wel samenwerken
Gemeenten spelen een belangrijke rol in de samenwerking in de regio, schetst Scheltens. “Ze scharen zich achter de opzet van een wijksamenwerkingsverband. Dat sluit goed aan op de doelen van het IZA, de ‘Visie eerstelijnszorg 2030’ en de Gedeelde Zorg-aanpak: hoe verschuif je de zorgvraag naar ‘de voorkant’ en help je mensen zo laagdrempelig mogelijk? Als je medicalisering wilt verminderen en patiënten in het sociaal domein wilt laten ondersteunen, heb je de inzet van de gemeenten gewoon nodig.”
In de plannen hebben we hiervoor ook middelen voor gemeenten opgenomen, vertelt Van Leeuwaarden. “De gemeenten hebben echt besloten om samen op te trekken. Eén wethouder zit namens alle gemeenten in de stuurgroep Gedeelde Zorg. Ook is er een samenwerkingsorganisatie van gemeenten, waarvan de beleidsmedewerker altijd meepraat over de transformatieplannen en de versterking eerste lijn. Echt heel positief.”
Pilot Wijksamenwerking succes
In september 2024 is de pilot Wijksamenwerking in Waddinxveen van start gegaan, onder leiding van twee wijkmanagers. “Ze spraken met alle partijen die een stoel krijgen in het WSV. Dit voorjaar starten ze officieel, met een wijkscan die door de GGD wordt uitgevoerd: hoe ziet de inwonerpopulatie in het dorp eruit en wat speelt er specifiek? De deelnemers beslissen dan samen wat ze als eerste oppakken. Huisartsen geven aan dat samenwerking met het sociaal domein voor hen cruciaal is. Als dat niet geregeld wordt, blijven mensen met hoofdpijn en buikpijn door relatieproblemen of schulden massaal naar de praktijk komen.”
Na de start van een hecht wijkverband moeten de wijkmanagers de samenwerking in de gemeenten op gang houden. “In onze regio krijgen we er straks tien hechte wijkverbanden bij, die alle beginnen met wijkscans. Per wijk bekijken zij welke projecten er nodig zijn. Deze projecten worden vanuit het transformatieplan gefinancierd. Vanaf 2027 krijgt het RESV een rol in de financiering en ondersteuning van de samenwerking in de wijk.”
Landelijk volgbeleid contractering
Mosterdijk maakt zich met InEen sterk voor een landelijk volgbeleid in de contractering. “We pleiten er in de nieuwe handreiking voor dat zorgverzekeraars de afspraken met het RESV volgen. Daarover gaan we ook met de regionale organisaties in gesprek. We moeten namelijk leren van wat er in de ZonMw-plannen staat en kijken wat goed werkt. Bij het RESV vormt de wijk de basis. Niet alle verzekeraars zijn daarvan al overtuigd.”
‘Bij het RESV vormt de wijk de basis. Niet alle verzekeraars zijn daarvan al overtuigd’
En wat vinden de leden van Mediis van de komende wijksamenwerking? Voor veel huisartsen is het nog even wennen, merken Scheltens en Van Leeuwaarden. “Sommigen zeggen: We hebben toch Gedeelde Zorg? Tegelijk hebben ze grote verwachtingen van de samenwerking met het sociaal domein en de wijkverpleging. De huisartsen in Boskoop en Bodegraven zijn superblij met die samenwerking. Vernieuwing heeft gewoon tijd nodig.”
Over Mediis
Mediis bestaat uit drie bv’s: de Coöperatie Regionale Organisatie Huisartsen Midden-Holland (70 huisartsenpraktijken verdeeld over veertien coöperaties), Regio Zorg Midden Holland bv (chronische zorg) en Huisartsen GGZ Midden Holland bv. Het werkgebied omvat de gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Gouda, Krimpenerwaard, Waddinxveen en Zuidplas en een aantal aangrenzende dorpen. Link: Mediis. De beste zorg voor elkaar.
Door Martin Zuithof. Foto: Ivo Hutten. Link: ‘Huisartsen zeggen: samenwerking met het sociaal domein is cruciaal’, InEen magazine 1, 2025